Robin wordt toevertrouwd aan de zorg van de schout van Nottingham: zijn vader is ter kruistocht getrokken met de koning van Engeland, Richard Leeuwehart. De schout heeft weinig op met Robin: deze is te ondernemend naar de zin van de Normandische heren en dan, als Robin eenentwintig jaar wordt, raakt de schout het beheer kwijt over diens have en goed. Is het verwonderlijk dat Robin tijdens een boogschutterswedstrijd de hand lijkt te hebben in een moordaanslag op prins Jan, de wrede broer van koning Richard en nu regent van Engeland?
Robin moet vluchten: hij is vogelvrij verklaard. Hij trekt zich terug in de dichte wouden van Sherwood. Maar alleen is hij niet: zijn lijfknecht Will Roodvoet, dikke broer Tuck en de reus Kleine Jan en andere vogelvrijen nemen het maar al te graag op tegen de Normandische overheersers.